Burgemeester C.J.M. (Kees) de Bruin, Papendrecht
paap

Postzegel

Weblog

Het coalitie akkoord 2006 - 2010 - 7-4-2006
Bijgaand vind u mijn reactie zoals ik die als burgemeester in een open brief geformuleerd heb op het resultaat van de coalitieonderhandelingen:


Aan: de bij de coalitievorming betrokken partijen
en de leden van de raad

Betreffende het coalitie akkoord 2006 – 2010

Ook onze Papendrechtse kiezers hebben op 7 maart j.l. gesproken, de politieke partijen hebben naar aanleiding daarvan de balans opgemaakt en er is vervolgens een informatie c.q. formatieproces doorlopen, dat inmiddels geresulteerd heeft in een coalitie enerzijds en een oppositie anderzijds; bakens zijn verzet.

De afgelopen weken ben ik tweemaal bijgepraat door (in)formateur Bert Blase en heb ik van hem het ontwerp coalitie akkoord voorgelegd gekregen; deze gesprekken en de positieve toonzetting ervan heb ik bijzonder gewaardeerd. Ik heb mondeling op hoofdlijnen mijn reactie aan hem kenbaar gemaakt en er is afgesproken dat ik dat ook schriftelijk zou doen, mede om invulling te geven aan art. 35 van de gemeentewet dat bepaalt, dat de burgemeester geïnformeerd wordt over de uitkomsten van de collegeonderhandelingen en dat hij in staat gesteld wordt zijn opvattingen kenbaar te maken. Dat doe ik bij deze. Ik reageer voor de duidelijkheid in zijn algemeenheid op de inhoud van het coalitieakkoord en op een aantal specifieke aspecten daarvan, zonder daarmee politieke uitspraken te doen of anderszins mij uit te spreken over welk politiek aspect in relatie tot de nieuwe coalitie dan ook.
Als burgemeester / voorzitter van de raad sta ik boven de politiek; behoor ik èn hecht ik er aan mijn rol als zodanig onafhankelijk vervullen.

Ik ben bijzonder positief gestemd over de sfeer en de uitstraling die spreekt uit de inhoud van het coalitie akkoord “Voeg de daad bij het woord”. Positief ben ik evenzeer over de procesgang van de afgelopen periode vanaf de verkiezingen d.d. 7 maart tot op heden, althans voor zover ik die heb kunnen waarnemen. Dat stemt mij verwachtingsvol voor de komende periode van vier jaar.
De ‘gedeelde visie’ spreekt mij aan. Zonder op de concrete onderwerpen in te gaan is het beeld van ‘de leefbare en aantrekkelijke woongemeente’ een logische keuze, waarbinnen zoals gesteld wel nadere afwegingen en keuzes gemaakt gaan worden. Vanuit visie en eigen kracht kan inderdaad een goede en actieve rol vervuld worden in de regio. Ik constateer, mede n.a.v. mijn ervaringen in het afgelopen jubileumjaar, met genoegen dat daarbij het belang van de eigen identiteit c.q. het eigen karakter van onze gemeenschap als een groot goed wordt onderkend en dat het stuk uitademt dat daaraan verdere uitwerking gegeven kan worden. Op die manier kan de netwerkstad, waaraan in het verband van de Drechtsteden gewerkt wordt, ook vanuit en met Papendrecht verder uitgebouwd en vorm gegeven worden.

Met instemming stel ik vast dat onderkend wordt, dat veel afhankelijk is van het vertrouwen dat het politiek bestuur weet te winnen bij de inwoners van de gemeente door wie zij gekozen is en voor wie zij in wezen haar werk verricht. Het bestuur is er voor de mensen en de krachtig in het coalitie akkoord voorgestane bestuursstijl, die mij zeer aanspreekt, brengt dat goed tot uitdrukking. Bestuurlijke kwaliteit, daadkracht en helder communiceren zijn daarbij inderdaad van groot belang, ook tussen de verschillende geledingen van het gemeentebestuur, zoals raad en college; in een goede duale verhouding zal dat onze bestuurskracht ten goede komen. Het verheugt mij in het coalitie akkoord te kunnen lezen dat het maken van een oprechte verbinding met de samenleving, partnerschap naast onafhankelijkheid van denken en handelen, èn het nemen van verantwoordelijkheid worden gezien als belangrijke aspecten van en voor bestuurders.

De vier perspectieven van waaruit in het coalitie akkoord naar de rol van de gemeente voor de komende vier jaar is gekeken (faciliterend, zorgzaam, handhavend en dienstverlenend/presterend) zullen menigeen aanspreken en bieden m.i. een goed vertrekpunt voor het college. Uiteraard zal in de komende periode aan deze thema’s een nadere uitwerking gegeven gaan worden, zowel betreffende het bijbehorende perspectief als de concretisering en realisering ervan. Vanuit herkenning en onderschrijving van deze thema's zal ik, vanuit mijn rol als burgemeester, hieraan graag mijn bijdrage leveren. Met name op het gebied van actieve en/of interactieve communicatie en beleidsvoorbereiding is gebleken dat er in kwalitatieve en kwantitatieve opzichten nog veel te bereiken valt en dat dit de nodige inzet en inspanning zal vergen van alle onderdelen van het gemeentebestuur en de gemeentelijke organisatie. Dat geldt ook voor het beleidsveld van de handhaving, m.i. in essentie eveneens nauw verbonden met het vertrouwen van de burger in het bestuur c.q. de overheid. Ik verwijs voor dat laatste nog eens naar mijn standpunt / visie zoals ik dat in 2004 geformuleerd heb naar zowel college als gemeenteraad.

Samenvattend ben ik van mening dat de partijen die zich in coalitieverband gevonden hebben er in geslaagd zijn een wervend akkoord te maken ter aanbieding aan de gemeenteraad en aan de samenleving. Ik spreek in die zin een compliment in hun richting uit. Ik doe dat in het besef dat dit niet betekent dat de partijen die niet tot die coalitie behoren, maar tot de oppositie, een dergelijk akkoord, zij het met nuanceringen, niet zouden hebben kunnen of willen onderschrijven; zeker voor wat betreft de sfeer en de intentie. De politiek vormt nu eenmaal een coalitie, maar schept ook een oppositie en heeft die nodig. Die scheidslijn wordt doorgaans om politieke redenen getrokken.
Ik heb goede hoop te mogen veronderstellen dat de brede coalitie zich zeker ook bewust zal zijn van het belang van een goede oppositie. Zonder dat er iets over gezegd wordt, meen ik dat tussen de regels doorklinkt, dat ook de coalitie bijzondere waarde hecht aan een oppositie die openhartig, kritisch maar constructief tegenspel biedt. Dat kan alleen bewerkstelligd worden wanneer de politieke discussie en besluitvorming op basis van inhoudelijke en zakelijke argumenten en niet op grond van een getalsmatige machtspositie zal plaats vinden; wanneer besluitvorming plaatsvindt op basis van meerderheden, rekening houdende met de minderheid.

Op die manier kan in belangrijke mate een bijdrage geleverd worden aan een goede balans in de raad. Daarnaast en tegelijkertijd zal, zoals reeds eerder breed uitgesproken en voorgenomen, in voldoende mate en periodiek aandacht gegeven moeten worden aan de juiste balans c.q. een gezond evenwicht in de verhouding tussen het college als dagelijks bestuur enerzijds en de raad als politiek orgaan anderzijds.

Dit coalitie akkoord ‘Voeg de daad bij het woord’ is daarvoor een van de belangrijke bouwstenen en veelbelovend. In aansluiting en aanvulling daarop zal ik, vanuit mijn eigen rol als burgemeester en in relatie tot de onderscheiden bestuursorganen binnen de gemeente als mede de gemeentelijke organisatie, graag zowel in woord als in daad mijn bijdrage ten dienste van de Papendrechtse samenleving leveren.

Papendrecht, april 2006

C.J.M.(Kees) de Bruin





Terug