Op deze woensdag vond de zogenaamde Zuidvleugelconferentie plaats, dit keer in het stadhuis van Rotterdam. Deze conferentie wordt jaarlijks gehouden om met elkaar de balans op te maken van waar we staan en hoever we gekomen zijn. Velen die zich bezig houden met de toekomst van dit gebied zowel op lokaal, regionaal, provinciaal als landelijk gebied waren daar aanwezig.

Wat is de essentiële opgave waar we voor staan om dit gebied van en tussen grofweg Den Haag, Leiden, Delft, Rotterdam en Dordrecht toekomstbestendig te maken?

Het gaat dan natuurlijk om bereikbaarheid, voldoende ruimte om te wonen,  te werken, te leven; maar ook om te recreëeren en cultuurhistorische en natuurhistorische waarden. In dat alles moet een goed evenwicht gevonden worden terwijl er tegelijkertijd ook en toekomst gerichte ontwikkeling moet kunnen plaatsvinden.

Bestuurders zijn uiteraard geneigd primair naar de eigen gebieden en belangen te kijken. Wanneer men vanuit alle bestuurslagen bijeenkomt en ook de gezamelijke opgave in ogenschouw neemt, geeft dat een aanzienlijk bredere blik en relativeert dat de eigen opgaven in relatie tot de gezamelijke opgaven waar we in dit grotere gebied voor staan als Zuidvleugel entiteit binnen Nederland. Dat er dan keuzes gemaakt moeten worden is duidelijk en werd ook in het bijzonder benadrukt door de beide aanwezige ministers van Ruimtelijke Ordening en Verkeer en Waterstaat.